Toestemming voor vakantie in coronatijd
Vanaf 15 juni gaan de reisadviezen voor een aantal Europese landen van oranje naar geel. Steeds meer ouders boeken daarom een zomervakantie met de kinderen en nemen contact op met het Centrum IKO voor advies. Maar wat als een van de ouders geen toestemming geeft voor de vakantie in verband met zorgen over het coronavirus? Ouders die er samen niet uitkomen, kunnen de rechter verzoeken om vervangende toestemming voor de vakantie te verlenen. Hoe gaat de rechter hiermee om?
In de uitspraak van Rechtbank Rotterdam van 31 maart 2020 vroeg de moeder om vervangende toestemming voor een zomervakantie naar Turkije met haar kinderen. De rechtbank nam in haar overweging het reisadvies van het Ministerie van Buitenlandse Zaken als uitgangspunt. Volgens de rechtbank is een vakantie niet aan te merken als een noodzakelijke reis. Als het reisadvies op het moment van de reis luidt om alleen "noodzakelijke" (oranje) of "geen" (rood) reizen naar dat land te maken, heeft moeder geen vervangende toestemming voor de vakantie. Maar als het reisadvies wordt aangepast naar "geen veiligheidsrisico's" (groen) of "let op, veiligheidsrisico's" (geel), dan ziet de rechtbank onvoldoende aanleiding om geen vervangende toestemming voor de vakantie te verlenen.
In de uitspraak van Rechtbank Den Haag van 17 juli 2020 vroeg de vader om vervangende toestemming voor een zomervakantie met de kinderen naar Italië. Het reisadvies voor Italië was op dat moment "code geel". Moeder weigerde toestemming te geven in verband met "code geel", omdat een van de kinderen behoorde tot een risicogroep voor COVID-19. Het kind heeft overgewicht en in vergelijking met andere kinderen van zijn leeftijd een minder goede conditie. Volgens de rechtbank brengen het overgewicht en de conditie van het kind mee dat hij in een risicogroep valt voor COVID-19. In combinatie met "code geel" acht de rechtbank een vakantie naar Italië daarom niet in het belang van het kind. Volgens de rechtbank geeft de reis onnodig risico's en is de situatie die door de reis ontstaat voor het kind en zijn gezondheid te onzeker. De rechtbank wijst daarom het verzoek tot vervangende toestemming af.
In de uitspraak van Rechtbank Oost-Brabant van 17 juli 2020 vroeg de vader om vervangende toestemming voor een zomervakantie met de kinderen naar Frankrijk. Moeder weigerde toestemming te geven, omdat ze zich zorgen maakte over de ontwikkelingen rondom corona en de veiligheid van de kinderen in dat verband. De rechter oordeelde dat het bij gezamenlijk gezag het uitgangspunt is dat vader beslist hoe hij de tijd invult in de periode dat de kinderen bij hem zijn volgens de omgangsregeling. In Frankrijk gold op dat moment "code geel" en er waren geen omstandigheden die het aannemelijk maakten dat de kinderen en vader tijdens de reis en het verblijf in Frankrijk meer risico zouden lopen dan in Nederland. De rechtbank verleent daarom vervangende toestemming voor de vakantie naar Frankrijk.
In de uitspraak van Rechtbank Oost-Brabant van 31 juli 2020 vroeg de vader om vervangende toestemming voor een vakantie van de kinderen naar Zwitserland, waar hij woont. Moeder vond het onveilig dat de kinderen met het vliegtuig zouden reizen, omdat daar geen 1,5 meter afstand kan worden bewaard en op de luchthavens iedere dag grote aantallen mensen passeren. Bovendien behoren twee kinderen tot een risicogroep vanwege (zware) astma. De voorzieningenrechter acht de reis per vliegtuig daarom niet in het belang van de kinderen en hecht er ook veel belang aan dat de kinderen zelf hebben verklaard dat zij het eng vinden om met het vliegtuig te reizen en zij het liefst in Nederland blijven. De rechtbank wijst daarom het verzoek tot vervangende toestemming af.
Meer informatie over de toestemming van de andere ouder kunt u hier vinden. Bij vragen kunt u contact met ons opnemen.