Is uw kind meegenomen naar Nederland of naar een Verdragsland? En heeft bemiddeling van de Centrale autoriteit of crossborder mediation niet geholpen? Dan kan de achterblijvende ouder bij de rechter een verzoek indienen tot terugkeer van het kind. Dit is een teruggeleidingsprocedure op grond van het Haags Kinderontvoeringsverdrag (HKOV). Voor deze procedure is een advocaat nodig.
De procedure wordt gevoerd in het land waar het kind op dat moment verblijft. In de procedure mag de rechter alleen beoordelen of er sprake is van een internationale kinderontvoering. Als het antwoord ja is, dan is het uitgangspunt dat het kind terug moet naar het land van de gewone verblijfplaats. De rechter kan de terugkeer alleen weigeren, als er sprake is van een weigeringsgrond. Een weigeringsgrond kan bijvoorbeeld zijn dat het kind zich verzet tegen de terugkeer of dat het kind in een ondraaglijke situatie wordt gebracht bij terugkeer. Het is uiteindelijk aan het oordeel van de rechter of het kind terug moet.
Bekijk de website van de Rechtspraak voor meer informatie over de teruggeleidingsprocedure in Nederland of neem contact met ons op.
Is uw kind meegenomen naar een niet-Verdragsland? Dan kunt u geen teruggeleidingsprocedure op grond van het HKOV starten. Het kan zijn dat er in dat land wel andere procedures of mogelijkheden zijn. U kunt dit navragen bij een advocaat in het buitenland.